Studierapport

Aan hen die zeggen dat ik me had moeten toeleggen op nuttiger zaken, antwoord ik
dat ik in deze wereld niets nuttiger kan vinden dan nuttig te zijn voor anderen.
Aan hen die me eigenwijs vinden omdat ik deze geheimen publiceer, antwoord ik
dat het beter is dat een zaak gekend is door velen
eerder dan verborgen gehouden ten voordele van slechts enkelen.
Cipriano Piccolpasso, Li tre libri dell’arte del vasaio, ‘Prolago ai letori’, 1556-57.

naar INHOUDSTABEL
naar BELANG van de VLOER
naar SAMENVATTING en CONCLUSUE

De majolicavloer in de kapel van kasteel Rameyenhof te Gestel (nabij Lier, België) is slechts gekend door een Franstalige publicatie van de hand van Henri Nicaise (1939) en een korte vermelding in Elseviers Tegelboek (1965). De verkoop in 1994 van domein Rameyenhof door de vorige eigenaars en in het bijzonder de restauratie van het kasteel, de kapel en de majolicavloer door de huidige eigenaars in de periode 1998-2000, bood een unieke gelegenheid om de majolicategels uit de kapel aan een grondig onderzoek te onderwerpen.

Vanaf 1995 kon gestart worden met een voorstudie op basis van een gedetailleerd fotobestand en nadien met behulp van een waarheidsgetrouwe maquette. Na de ontmanteling van de vloer in 1998 waren de afzonderlijke tegels beschikbaar voor gedetailleerd decor- en materiaalonderzoek, wat de complexheid voor het produceren van dit meesterwerk uit de 16de eeuw aan het licht bracht. De restauratie van de tegels en de herplaatsing van de vloer eind 1999 was voor Vlaanderen een realisatie zonder voorgaande. Het hele restauratieproject bood de mogelijkheid om de tegelvloer te beschouwen in het kader van de ruimte waarvoor hij ontworpen was, aangevuld met de kennis van de historische, genealogische en heraldische data betreffende zijn opdrachtgevers.

Terecht werd in Elseviers Tegelboek de kapelvloer van Rameyenhof op dezelfde lijn geplaatst als de beter gekende majolicavloeren uit Herkenrode en The Vyne. Maar beide gerefereerde vloeren konden nooit met een dergelijke aandacht en precisie bestudeerd worden als mogelijk was voor de majolicavloer op Rameyenhof. Het tegelonderzoek stelt ons nu in staat op een overtuigende wijze dit meesterwerk te bevestigen als een mijlpaal op de tijdsas van de geschiedenis van de Antwerpse majolicanijverheid.

De resultaten van dit onderzoek werden samengebracht in een Studierapport dat uitgegeven wordt in eigen beheer, in beperkte oplage en geheel in quadricolor, en dat aangeboden wordt aan kostprijs. Het toont niet enkel de pracht en de schittering die deze vloer ooit heeft gehad, zeker na de succesvolle restauratie, maar brengt ook de enorme problemen aan het licht die het majolica-atelier uit die vroege periode van de Antwerpse tegelproductie heeft gekend om een vloer met dergelijke complexiteit te produceren.

Hierna kan de inhoudsopgave van het studierapport geraadpleegd worden, wordt in 6 punten het belang van deze vloer samengevat en worden de veelvuldige vragen opgesomd die tijdens het onderzoek aan bod kwamen en in het rapport zijn uitgewerkt.


Inhoudstabel

VOORWOORD  3
INHOUD  7
BELANG VAN DE VLOER  9
De MAJOLICANIJVERHEID in ANTWERPEN in de 16de eeuw  11
DEEL I : ALGEMEEN KADER  21
1. SITUERING VAN KASTEEL EN KAPEL  21 2.BEWONINGSGESCHIEDENIS  29
ontstaan onder de Berthouts  29
het geslacht Van Immerseel  30
de eerste generaties  30
Elisabeth van Immerseel  34
Jan I van Immerseel  36
Jan II van Immerseel en Maria de Lannoy  39
Engelbert I van Immerseel  45
Engelbert II van Immerseel  50
van Nicolaas Rubens tot de nv Rameyenhof  51
Baudouin de Cock  51
Rubens  52
de Celles  56
Le Grelle  57
de Cock de Rameyen  60
de Gruyter – Janssens en de N.V. Rameyenhof  63 chronologisch overzicht van de bewoners van Rameyenhof  65
3. WAPENSCHILD VAN IMMERSEEL – DE LANNOY
  69 wapenstukken van Jan van Immerseel  69
wapenstukken van Maria de Lannoy  71
ruitvorm  75
het wapenschild in andere bronnen  78
op het grafmonument van Karel van Immerseel te Augsburg  78
in de inventaris van Engelbert I van Immerseel  80
in de windvaan van het kasteel  81
DEEL II  : TEGELSTUDIE  85
1. KAPEL EN VLOER IN DE LITERATUUR  85
2. KAPELVLOER  97
structuur  97
tegelnummer  98
bestemmingsnummer  98
werkmethode  102
tegelaantallen  107
twee decortypes  113
medaillon en wapenschild  115
een tweede medaillon  115
heel even terug samen!  122
een verhelderende oefening  123 cartouches  125
S.P.Q.R.  125
Sola Fides Svficit  128
randtegels  134
vierkante randtegels  134 vijfkanttegels  138
afwijkende formaten  143 samenvatting  150
tegels rond en onder het altaar  151
breuk in het decor aan de kapelingang  156
staat van de vloer en de tegels in situ  164
3. TEGELKENMERKEN  171
tegelvormen  171
tegelafmetingen  174
snijsporen op de tegelranden  183
glazuursporen op de tegelranden  186
sporen van engobe  190
afkalving van tegelranden  191
scherfkleur  194
barsten in de tegelscherf  197
tegelbreuk  201
vingerindrukken in de tegelscherf  208
inkervingen in de tegelscherf  213
merktekens op de tegelrug  217
schema’s  219
oefeningen  224
chemische analyse van de tegelscherf  230
4. KENMERKEN VAN HET GLAZUURWERK  235
symmetrie  235
de trek  237
schrijven met glazuur  239
glazuurkleuren  239
fouten in het glazuur  241
5. VREEMDE TEGELS  249
tegels met gevlochten cirkelsegment decor  249
tegels met palmettenkruis decor in gebogen kwadraat  252
Tobias-tegel  255
onbekend decor  261
leeuwenkop decor  262
6. RESTAURATIE  267
uitvoering  269
herplaatsing van de vloer  274
invulling van de lacunes  283
aanbevelingen voor toegang en onderhoud van de vloer  288
7. DE GERESTAUREERDE VLOER IN BEELD  289
SAMENVATTING en CONCLUSIE  291
1. één enkele vloer  293
2. onderbreking in het decor  295
3. tegelgrootte  297
4. keldergat  299
5. vingerindrukken  301
6. barsten en breuken  303
7. productiewijze  305
8. merktekens  307
9. oefeningen en schetsen  309
10. inkervingen  311
11. engobe  311
LITERATUUR  317
Algemeen  317
Rapporten in opdracht van de n.v. Rameyenhof  320 Heraldiek  320
INHOUDSTABEL  321
FOTOLIJST  324
NOTEN  325

Belang van de vloer

De kapelvloer is om meer dan een reden als bijzonder te bestempelen, wat bij lezing van de volgende hoofdstukken steeds duidelijker zal worden. Het belang van deze majolicavloer kan bondig worden samengevat in zes punten, waarvan enkele kunnen nagegaan worden op bijgaande afbeelding.

  1. Vooreerst het ornamentele aspect. De kapelvloer is de enige van de ons gekende Antwerpse majolicavloeren uit de vroege 16de eeuw waarbij de decoratie is uitgespreid over telkens een hele reeks tegels, in casu zestig tot zeventig stuks per decoratiezone. Er zijn twee composities die driemaal voorkomen en alternerend zijn geplaatst. De tegelvloer uit de abdij van Herkenrode en die uit het landhuis The Vyne zijn samengesteld uit tegels die telkens op zich het volledige decor bevatten en dus min of meer willekeurig kunnen worden uitgelegd.
  2. De kapelvloer is nog in situ aanwezig, ongeveer in de schikking als oorspronkelijk geplaatst. Van de twee voormelde majolicavloeren kan de oorspronkelijke opstelling niet meer worden gereconstrueerd. Voor The Vyne staat de oorspronkelijke locatie van de vloer binnen het gebouwencomplex zelfs niet met zekerheid vast.
  3. De afmetingen van de tegelzones en enkele specifieke tegelformaten vormen een voldoende bewijs dat de vloer van Rameyenhof speciaal voor de kapelruimte is ontworpen. Niet alleen de vijfkanttegels die in de zes hoeken van de kapel het sluitstuk vormen van de rijen roodbruine randtegels ondersteunen deze bewering. Ook de kwalitatief minder hoogstaande tegelspieën waarmee in een tweede fase de openingen rondom het nieuwe medaillon en de stroken langsheen de noordelijke kapelmuren werden aangevuld, bevestigen deze these.
  4. Van de opdracht voor productie van de tegelvloer zijn geen archiefdocumenten gevonden, wat bijvoorbeeld voor de vloer van Herkenrode wel het geval is. De historische datering is hier in de majolica zelf geschilderd, met name in het wapenschild, wat toelaat de vloer te situeren in de bewonersgeschiedenis van het kasteel. In die zin sluit Rameyenhof dichter aan bij de uit Frankrijk en Italië gekende majolicavloeren, waar meerdere voorbeelden voorkomen van vloeren in paleizen, kastelen en kerken waarin wapenschilden, emblemen, deviezen of initialen zijn verwerkt die verwijzen naar hun opdrachtgever.
  5. Versieringselementen als vuurkorven, griffoenen, monsterkoppen, spreukcartouches, cherubijnhoofdjes, lauwerkrans en de in de vloer veelvuldig gebruikte hoornen van overvloed zijn geïnspireerd door de renaissance. Ze zijn geschilderd door een bekwaam vakman, mogelijk een Italiaanse majolicaschilder in een Antwerps atelier. We vinden ze op geen enkele andere vroege majolicavloer of tegelpartij in onze contreien, zo volledig en zo goed bewaard terug.
  6. Opmerkelijk is de goede staat van bewaring van zowel scherf als glazuur, niettegenstaande de jarenlange verwaarlozing en de vele schermutselingen waaraan het kasteel en zijn inboedel is blootgesteld in de voorbije vijfhonderd jaar. Tegels lagen weliswaar gebroken in hun zanderige bedding, een aantal tegels en enkele fragmenten ontbreken en aan de kapelingang is aanzienlijke loopslijtage. Nochtans werd geen enkele tegel aangetroffen waarvan het decor onleesbaar is, wat niet het geval is voor andere grotere tegelvloeren of tegelreeksen.

Naast deze voor de hand liggende redenen blijkt het bijzondere van deze vloer nog uit een waaier van details die pas aan het licht komen bij een aandachtig onderzoek. Een voor een, dragen ze bij tot het formuleren van een verklaring of een hypothese voor de vele vraagstukken die deze vloer met zich meebrengt. Vermelden we slechts de onregelmatige vormen van de op maat gemaakte tegels, de problematiek van het dubbele tegelmedaillon, de vraagstelling naar de tegels onder het altaar en de legende over de begraafplaats van Nicolaas Rubens.


Samenvatting en Conclusie

Na de eerste kennismaking met de tegelvloer in zijn geheel, en in een volgende fase de aandachtige observatie van de afzonderlijke zones en de individuele tegels, rezen heel wat waarom-vragen.

  • Waarom werden kleine en grote tegels door elkaar gebruikt ?
  • Waarom al die krassen in het glazuur ?
  • Waarom zoveel barsten in de tegelscherf ?
  • En waarom zoveel tegelbreuk ?
  • Waarom al die messporen op de tegelranden ?
  • Waarom zoveel vingerindrukken in de tegels? En waarom aan beide zijden ?
  • Wat betekenen al die inkervingen op de rug? En de merktekens ?
  • Waarom een onderbreking in het decor van zone A ?
  • Waarom zijn er twee medaillons geleverd? En waar is die tweede vloer gebleven ?
  • Waar zijn de ontbrekende tegels naartoe ?
  • Waarom is er onder het altaar een opening naar de kelder ? En hebben er op die plaats tegels gelegen ?
  • Hoe moeten de randtegels georiënteerd worden ?
  • In welke hoeken lagen de twee vijfkanttegeldecors ?
  • En waarom die op maat gesneden, met weinig zorg geschilderde randtegelstroken ?
  • Hoe moeten we de inscriptie Sola Fides Svficit begrijpen in deze context ?

Na een doorgedreven studie van de kenmerken en karakteristieken van de tegels en in combinatie met een aantal feitelijke vaststellingen ter plaatse in en rond de kapelruimte kregen deze vragen geleidelijk aan een antwoord of kon voor heel wat situaties toch een redelijk aanvaardbare hypothese worden geformuleerd. De algemene bevindingen van dit onderzoek kunnen in elf punten worden samengevat.